De nachtdiensten in het Huis van bewaring waren net als andere nachtdiensten in de Nederlandse gevangenissen. Om half tien was er wisseling van het personeel en ging het gevangenissysteem over tot de nachtdienst. Alle cellen werden gecontroleerd of de gedetineerden aanwezig waren en dat zij een teken van leven gaven en dat de deur met schaftluikje wel op slot zat. Nadat het teken "veilig" kon het personeel van de avonddienst naar huis en de nachtdienst ging in voor zes collegae, drie personeelsleden op de B vleugel en drie op de A vleugel. De portiersloge was onbemand en afgesloten voor iedereen die naar binnen wilde komen, zelfs de directie had geen sleutel. De brandweer had toegang tot het grote hek en kon zo de binnenplaats oprijden bij gevaar en vaak kwamen ze met loos alarm op de koffie, wanneer niet snel genoeg de resetknop van het alarm werd ingedrukt.
Tijdens de nachtdienst moest het personeel nachtrondes lopen door het gebouw. Dit was bedoeld voor de brandveiligheid en dat de gedetineerden geen rare fratsen konden uithalen zoals ontvluchting en andere zaken die niet volgens het huishoudelijk reglement gingen. De nachtdienstrondes stonden eerst vast, er werden verschillende schema's gehanteerd die bij aanvang van de nachtdienst werden gegeven. Later kreeg de wachtcommandant de bevoegdheid om de rondes zelf samen te stellen.
Het personeel kreeg van rijkswege verstrekt pantoffels, deze werden gedragen tijdens nachtdiensten. Deze pantoffels maakten niet zo veel lawaai als menig schoeisel. Zo konden de gedetineerden achter de deur je niet horen aankomen.
De nachtdienstbak werd netjes klaargezet bij aanvang van de nachtdienst door de brigadier/ hoofdbewaarder. In deze bak zaten de nachtdienstsleutels, (grote bossen sleutels) de prikklok, rondetijden, nachtdienstboek (voor de bijzonderheden) handboeien, knevelketting, en wat medicatie zoals aspirine en eventueel medicatie voor gedetineerden die verstrekt waren door de medische dienst.
De prikklok die werd gebruikt tijdens nachtdiensten in de gevangenissen. Deze klok werd tot in de jaren 90 gebruikt voor de nachtrondes te lopen in gevangenissen. Na de nachtdienst werden de rondetijden gecontroleerd door een brigadier/ hoofdbewaarder.
Op bepaalde punten in het gebouw hing een kastje aan de muur met daarin een sleutel die je in de klok kon steken en een keer omdraaien. Ieder sleuteltje heeft een uniek nummer en zo kon er gecontroleerd worden op welk tijdstip je op een bepaalt punt in het gebouw was.
Er waren verschillende lijsten met rondetijden in omloop. De rondetijden werden vroeger vastgelegd door de directeur en later ging die verantwoordelijkheid steeds een trede lager in rang. Van Huismeester naar brigadier/ hoofdbewaarder, wachtcommandant en later was het de verantwoordelijkheid van de nachtdienst.
De prikpen werd na de jaren 90 ingevoerd. Dit apparaat was een stuk makkelijker mee te dragen dan de zware prikklok. De prikpen haalde je langs een zwarte strip die aan de muur in het gebouw was bevestigden en de tijd van contact werd digitaal vastgelegd in de pen. Deze prikpen werd later uitgelezen door het afdelingshoofd van de beveiliging.
Knevelketting uit het begin van de 20ste eeuw.
Zij werden gebruikt om gevangenen aan een arm geboeid mee te nemen. Nadeel was dat de andere arm van de arrestant nog vrij was. De knevelketting was populairder dan handboeien: zij waren lichter, makkelijker in een jas- of broekzak mee te voeren. Omdat de knevelketting verwondingen aan de arm kon veroorzaken werd hij later verboden.
De bezigheden van het personeel tijdens de nachten verschilde nogal. Tussen de rondes was er genoeg ruimte om de tijd door te komen. Vaste prik was het eten rond 00:00 uur. Er was altijd iemand belast met het bereiden/ verzorgen van de maaltijd. Deze varieerde tussen Chinees en een uitgebreide maaltijd. Vele verhalen doen zich de ronde wat er allemaal kon gebeuren tijdens deze nachtdiensten.
Vissen, Vreemde gasten, Soep ala pot, Ontsnappingen, Burgerkleding, Wat kan mie dat vrekken, Broederliefde, Het draadje, Nasi rames, Ministeck Nachtdienst en vele andere sterke verhalen.