11 augustus 1944
Hoe kwam je in die gevangenis terecht?
Mijn vader was in Leeuwarden ondergedoken en die werd gepakt. Hij had een brief van mij aan hem met mijn valse naam en mijn goede adres, dat moest ik zo doen van de mensen die mijn onderduik beheerden. Ik was ondergedoken in Zeist.
Mijn schuilnaam was Hans de Groot en dat ik in Indië geboren was. Mijn moeder was gestorven toen ik drie was en ik was vlak voor ie oorlog naar Nederland gestuurd om daar naar de middelbare school te gaan. Mijn vader was zogenaamd in Indië gebleven en van zijn lot was ik dus geacht niets te weten.
Nadat mijn vader in Leeuwarden was gepakt kwamen ze ’s ochtends bij ons en hebben mij en de Jongeman bij wiens tante ik was ondergedoken, meegenomen.
Hoe oud was je op augustus 1944, en hoe lang zat je toen al daar?
Zeventien.
Waar werd je precies van verdacht?
Ik werd ervan verdacht een joodsjongetje te zijn en de zoon van professor Frijda in Leeuwarden. Mijn vader zat in diezelfde gevangenis en zonder twijfel was het de bedoeling mij daar te confronteren met hem, maar dat is nooit gebeurd. Ik denk vanwege werk van buitenaf. Dat is de enige verklaring die ik heb.
20 oktober
Meneer A. Is een bewaarder, die briefjes en pakjes voor me smokkelde.
28 oktober
Ik lig nu plusminus 2 uur VM. alleen Op mijn bed: mijn celgenoot is naar de luchtcel. Ik heb een bewogen uurtje achter de rug en zal het in 't kort veren want liggend schrijven is niet makkelijk. Gistermorgen, niets verwachtend, werd geroepen voor een verhoor bij Gründmann. Dus sloot hij de deur af, liet me over een stoel buigen, en begon me voor de broek te geven.
26 november
Andriessen eerder al eens aangeduid met A., is één van de bewaarders, een buitengewoon aardige man.
Hoe ben je eruit gekomen?
Op 28 Januari 1945 ben ik officieel uit de gevangenis ontslagen. Dat is allemaal heel merkwaardig gegaan. Ik lag op een goed moment (dat staat dus wel al in die brieven) op ziekenzaal. Daar was ik door medewerking van de dokter, dr. Bearda Bakker, terechtgekomen omdat ik zogenaamd een hartafwijking had. Toen eind januari de Duitse commandant samen met de dokter de ziekenzaal kwam inspecteren vroeg die Duitser aan de dokter of ik nog steeds last van mijn hart had. De dokter zei dat dit zo was en dat het ongeneselijk was. Daarop vroeg die Duitser of ik iemand in Leeuwarden kende, toen zei ik nee want de enige die ik kende was de mevrouw bij wie mijn vader ondergedoken geweest was, en met wie ik dus juist elke band moest ontkennen, en de familie Wierda, die m'n wasgoed en mijn pakjes verzorgde, en van wie ik wist dat de zonen in het verzet zaten en die ik dus ook niet durfde noemen. Toen zei Gründmann, die Duitser, dat ik dan maar moest blijven. Binnen het uur na z'n vertrek had ik en briefje een briefje terug op een briefje van mij dat via de bewaarders naar buiten was gegaan, met een naam en een adres erin die ik kon noemen. Toen kreeg ik een officiële Ausweis op m'n valse naam.
Nico Frijda - Post uit Friesland isbn 90 28205772 G.A van Oorschot, Amsterdam
Boekje is in bezit van de Museum Blokhuispoort.
Interview met Nico Frijda door Arend Jan Heerma van Voss vrijdag 31 december 1999 09:00 Radio 1
Oudjaar 1999 was psycholoog Nico Frijda te gast in het marathoninterview. Op 31 december 1999 werd hij geïnterviewd door Arend Jan Heerma van Voss > Beluister hier < (Zoeken op nico frijda)
Op 13-1-2009 Nico Frijda en zijn zoon Michael Frijda rondgeleid op de A Vleugel door Willem Helfrich. Terug naar augustus 1944, waar Nico en zijn vader op dezelfde etage in aparte cellen hebben gezeten. Daar heeft Nico zijn vader voor het laatst gezien, op een ochtend liep Nico langs de lege cel waar zijn vader de vorige dag nog in zat. Niemand wist dat de man van de lege cel mijn vader was. Zijn vader was toen al via Westerbork naar Duitsland getransporteerd en daar gestorven. Het was een emotioneel moment bij het zien van de cel.
RECENSIE | 9 JAN 2016 DOOR ANTON BRAND
Oorlogsbrieven uit de Leeuwarder gevangenis
De oorlog is een thema dat zelfs schrijvers die lang na 1945 werden geboren volop bezighoudt, en maand na maand verschijnen er nog dagboeken, brieven en herinneringen van mensen die de bezettingsjaren hébben meegemaakt, en soms overleefd.
Post uit Friesland Frijda.
Ditmaal is het Nico Frijda,
hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Amsterdam,
Nico Henri Frijda (Amsterdam, 1 mei 1927 – Amsterdam, 11 april 2015)
Nico Frijda was een zoon van Herman Frijda en Dora Hermance Charlotte Frank. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat hij ondergedoken in Friesland. Zijn brieven uit die periode werden later uitgegeven onder de titel Post uit Friesland. Frijda's vader kwam om in 1944 om in Auschwitz. Zijn broer Leo Frijda, die lid was van het verzet, werd gefusilleerd in de duinen bij Overveen. bron wikiwand