Survival Team Blokhuispoort. De boys van "De Blokhuispoort", survival in de Hooge Veenen Belgische Ardennen. Survivaltraining door Johannes Langohr.
Aanwezig waren: Jan Kalsbeek, Dirk Edelenbos, Frans v/h Hek, Willem Helfrich, Roy Adrianov, Paul v/d Hulst, Robbie Poelstra, Menno Cramer en de gids Johannes (Hans) Langoor.
Donderdag 1 April
Het Vertrek naar de Ardennen stond gepland om 06.30 uur. Op Jan na was een ieder aanwezig. Toen deze om 07.15 uur nog niet gearriveerd was begonnen we ons al enige zorgen te maken over onze outdoor keukenprins. De kar was opgeladen, aangesnoerd en de auto ingepakt. Maar nog steeds geen Jan. Na enig telefoneren kwamen we er achter dat hij onderweg was. Toen hij uiteindelijk verscheen verontschuldigde hij zich. Tevens meldde hij dat zijn wekker wel afging en dat hij dacht, “mooi die doet het nog”. Hierop had hij zich weer omgedraaid om verder te slapen. Tot op heden zijn we er nog niet over uit of dit nou een 1 april grap was of niet. Om 07.45 uur reden we uiteindelijk de poorten van de BHP uit. Omstreeks 12 uur reden we Maastricht binnen op zoek naar de laatste `Shell`pomp in Nederland. Dit op aanwijzing van (kaartlezer) Paul. Heerlijk om toch nog een beetje het idee te hebben dat er een vrouw mee was. Want om 14.00 uur reden we afgetankt de grens over. Nu was de tijd gekomen om proviand en de gids in te slaan. Want een surviver kan niet zonder junk/food, drank, GSM, opblaasbed, toiletpapier en Peper.
Aankomst Met onze wagen volgeladen kwamen wij op een prachtige locatie aan. Aan de rand van het bos op een driesprong van stromende beekjes zou ons kamp komen. Na wat gegoochel met touw en zeil, en op aanwijzing van Hans verrees tot onze verbazing een solide onderkomen. Vervolgens legden we onze dranken te koelen in de stroom en gingen hout kappen kopen omdat Frans zijn kapmes wat aan de kleine kant was. Tot slot rees ons nog een vraag, van wie was de schoenpoetsmachine…. Bij vallen van de avond had Jan een fijn soepje met, `gehaktballen` gekookt. Hierop stond de eerste ontbering op het program. Een stukje wandelen. Na een tocht van een kleine 2 uur, in een door Hans uitgestippelde route (vooral niet over paden), had Dirk het bloed al in de schoenen. Terug in het kamp begonnen wij ons toch enige zorgen te maken. Dit omdat we gedurende de hele dag er aan herinnerd werden dat een ontgroening aanstaande was. Het was tenslotte onze eerste survival. Na een gezellige avond met openhartige gesprekken, mannen onderling onthullingen en de nodige consumpties werd het tijd voor Hollands verdriet. Niemand ter aarde weet, hoe het eigenlijk begon…. Maar voor de meeste waren dit de slaapliedjes. Toen wij ons omstreeks 03.30 uur als laatste neerstreken zat een ontgroening er niet meer in. Het was tenslotte ook al 2 April.
Vrijdag 02 April
Bij het krieken van de dag was het tijd voor nog wat extra ontberingen. Ik en mijn bouwvakker. En waarom we ei met spek over onze longen moesten roken. Na dat dit laatste onze maag had bereikt trokken we de stoute schoenen aan (sommige met bloed) en gingen we richting de kloof van Alhay, Abseilen geblazen. Maar eerst nog wat SmS-kes de deur uit, vooral die van Roy.
Abseilen
Na de top van de heuvel te hebben bereikt zonk de moed ons in de schoenen. Om er maar vanaf te wezen ging ik, Robbie, maar als eerste. De dood of de gladiolen!. Met een snelheid van zo´n 220 hartslagen per minuut zeilde ik als een jonge meid op pumps over een grindpad, de berg af. (Bron/Dirk E) . Hier op volgden de grotere goden met meer ervaring. Met ware doodsverachting gooiden ze zich van de berg af. En voor de variatie demonstreerde Paul ons een ruglanding. Dirk wist het te presteren om zijn reeds gehavende onderbeen geheel in de berg te laten verdwijnen. Maar de klapper en het meest gewaardeerd door de jury was de Break-dance landing met omgekeerde judo rol, van Jan Dalsbeek. Duidelijk was dat de testosteron plaats had gemaakt voor een overdosis adrenaline, en dat de overwinning van `het abseilen zege vierde. De middag was ingeruimd om met de kano het wilde water te trotseren. Het was niet ver van het kamp, slecht’s een half uurtje rijden volgens de gids. Na anderhalf uur rijden kwamen we aan bij het kano gebeuren. Volgens de ansichtkaart moest het hier ergens zijn.
Kano
Achter in de huif van de Jeep, tussen peddels, zwemvesten en reserve banden werden we gedurende 30 minuten gecentrifugeerd en naar het hoog(s)te punt van de bedding gebracht. Hier stond ons een tocht van ongeveer 25 km stroomafwaarts te wachten. Na een schietgebedje en een laatste foto voor thuis, hesen we ons in de life-saving-jackets. Dit keer kregen we geen kaartlezer mee, die ons kon waarschuwen waar takken over het water hingen en de onderwater liggende keien zich bevonden voor een gegarandeerd nat pak. Mr Guide`Hans` had voorzorgsmaatregelen genomen met een wetsuite, of handelde met voorkennis. Dit in tegenstelling tot de rest van de groep die geen droge kleding bij zich had. `Wij gaan wel als laatste` was het plan. Dit om te zien waar de knelpunten op de route lagen en om droog over te komen. Dit bleek al snel een illusie. Want het werd een sport om onderwater liggende keien te ontwijken en vooral anderen hier niet voor te waarschuwen. Dus we positioneerden ons naar een tweede plek om de kunst van het ontwijken af te kijken. En alsof Paul al niet nat genoeg was. Gooiden Dirk en Roy tijdens de vaart de nodige liters water met hun peddels in zijn Kajak. En Paul (die wel wat help had kunnen gebruiken) had het al zo zwaar met het boegbeeld Franciscus de passieve van´t Hek.
Al met al was het een spannende tocht in een prachtige omgeving. Iedereen was bij aankomst nat en koud tot op het bot. En met jaloerse blikken keek een ieder naar de droge kleding die Menno en Hans uit de auto toverden. Een uur later waren we terug in het basiskamp al waar we ons op maakten voor het avondmaal. Vanavond stonden er soep/shoarma en spare ribs met boontjes op het menu. Nadat Robbie ons getrakteerd had op een niet te versmaden pan shoarma met knoflooksaus. Stortte een ieder zich (na hem te hebben gecomplimenteerd) op de tweede pan van zijn hand. Dit brandende verlangen werd afgestraft met een gepeperde rekening. De vlammen sloegen ons uit de mond, en we stonden in de rij bij de vuilniszak. Ook de volgende dag had geen van ons een prettige stoelgang, Dirk had zelfs de witte vlag gehesen. Een slechte 2 april grap. Na wederom een gezellige avond werd de kloof tussen medior en senior ons duidelijk.
Zaterdag 03 April
Ook vanochtend zat de man met de hamer weer aan het ontbijt. Onze keukenprins trakteerde ons weer op ei met ui en sghartig spek. En Roy had zijn eerste 15 sms´jes de deur uit.
Finding Nemo Het plan was om te gaan ochtend vissen. Niet met hengels van 1000 euri maar met naald en draad. Back to basics. Aangekomen, na (jawel!) de gebruikelijke omwegen en dalen, kwamen we aan bij het oud Belgisch aquarium vissen. Zeven hengelaars zonder hengel kregen de opdracht om de 13 uitgezette forellen aan hun zelfgemaakte haken met lood, te slaan. Alleen Menno vond dit de schaamte voorbij en zocht zijn heil in literair geschreven woorden van Bukowski gedrukt op vloeien papier (later opgemerkt als perfect haard perkament). Na 2 uur te hebben gehengeld zonder hengel volgde het hoogte punt. Zonder medeweten van de vissers, werd het vis quotum beloond met een prijs. Derde werd Robbie. Twee visjes waren goed voor een life-hammer voor op de fiets. De tweede prijs was voor Willem. Goed voor, en het mysterie onthuld,…de …schoenpoetsmachine..!, en winnaar met 4 viskes Mr Guide `Hans`. Goed voor een handzaam oplaadbaar licht. De vis werd duur betaald Na alle opwinding en blijdschap, want het valt niet mee om met een zuiver geweten een uitgezette vis tegen een steen dood te slaan, gingen we…. fietsen.
A.T.B. Hier zou het gebeuren. De koers was uitgezet en zou een 40 kilometer bedragen. Uitgezet in een terrein van o.a. 8% hellingen en dalen en langs het F.1. circuit van België. De geoliede Hi-tech stalen rossen die de doorgewinterde survivallers van huis hadden meegenomen kwamen uit het vet. Het was immers hun lust en hun leven. Wij (Omke & Romke) moesten het doen met 2 ex-rentals met versleten remblokjes. Daar ging ie...... Bergje op, Bergje op, bochtje, nog een bergje op en hopen dat achter de volgende bocht een dalinkje zou zitten. Helaas, nog een bergje op. Toen werden we voorbij gestoven door Willem en Dirk. In de bezemwagen wel te verstaan. Pap in de benen, of was het rum? Het laatste gedeelte van de tocht bevatte een afdaling die voor fietsers sterk afgeraden werd. Maar niet voor Mr. Guide Hans en zijn gevolg. De gang er in. De laatste kilometers gingen door een bosrijke omgeving al waar Hans nog onzacht in aanraking kwam met de grond. Gelukkig geen kwetsure, ale´. Nieks aan de hand! Uiteindelijk kwamen wij, Jan, Menno, Robbie en Hans, met de tong op onze schoenen aan in kamp thus. Tied fur een stevige maaltied.
Het laatste avond maal. Zoals elke avond werd de stam gedekt door Jan de Cuisinebeek. De forellen werden ontdaan van hun haken, schubben en graten. Mr Guide Hans had nog een soort van kapstok uit de boom gekapt. Als een wigwam (Tipi) zonder zeil hing hij de forellen te roken. Voor een ieder werd een gepofte aardappel uit het vuur gehaald en door Jan er weer ingegooid om uit te garen. De clou van dit verhaal; “als de rapen gaar zijn, zijn de piepers verbrand.” De vis smaakte heerlijk. Voor de tweede gang werden spare-ribs met doperwten geserveerd. En de derde en vierde gang bestond uit Shoarma met doperwten, spare-ribs in een wieder-gutmachungs-knoflooksausje van Robbie. De rest van de avond werd besteed aan het vloeibare dessert. Er waren nog wat staartjes rum, whisky en cognac waarvan de doppen al weg gegooid waren. En hiermee kwamen gelijk de sterke verhalen weer op gang. Met dat het vuur aan het eind van de avond doofde werd het zicht ook wat minder. Dit zal ook de reden zijn geweest dat we Paul niet in de sloot hebben zien vallen. Dit werd ons pas duidelijk toen we de kreet “Jonges Help Me” hoorden. De redding was nabij, en de legende was geboren. “PAUL v/d HELP. “ Met dit hoogtepunt van de avond gingen de oogjes dicht en de snaveltjes toe. Welterusten.
Zondag 04 april.
Visite en vis blijven maar vier dagen fris. Tijd om op te pakken dus. Maar niet na de gebruikelijke sms-jes van Roy en een stevig ontbijt van Turks brood met shoarma,ei en een medicinaal biertje. Hier wist Mr. Guide Hans nog te vertellen, dat de spareribs botjes vannacht waren opgeruimd door een vijftal vossen. Hierop volgde een laatste groepsfoto, gevolgd door ochtend- gymnastiek. Mr. Guide Hans (en voor ons Kazan) had twee touwen over de wilde beek gespannen. Na een bewonderenswaardige snelle oversteek van Hans. Viel aan ons de beurt. En dit viel niet mee. Jan hield het na een Lambada op het touw voor gezien. Hij ontving hiervoor echter wel een warm applaus en vooral veel waardering. Slechts een enkeling wist de oversteek te maken. Na dit onderdeel verlieten we ons logeer adres. Om de honger op te wekken gingen we nog langs een pittoreske begraafplaats. Omdat het hier al gauw een dooie boel bleek te zijn werd traditioneel koers gezet richting de Chinees in Vaals. En wat een weelde, een heus toilet. Na een heewlijk chinees maal gegarneerd met haren van de kok, was menno ‘s honger nog niet gestild. Na een visje uit het Chinese aquarium (zonder haar) namen we afscheid van Hans en zijn inmiddels aangeschoven vriendin. Op naar huus.
Terug kijkend als benjamins van het eerste uur hebben we een prachtige tijd gehad en de volgende woorden zijn volgens ons van toepassing op deze survival: Broederschap, vertrouwen, gezelligheid, afzien, doorzettingsvermogen, sportiviteit, discussies, mijn gelijk, jouw gelijk, ons gelijk, iedereen gelijk en ........... Volgend jaar?, zijn wij er zeker weer bij............ OMKE (Menno) & ROMKE (Robbie) *Speciale dank en waardering aan Hans Langoor. En de P.O.V. die dit evenement mede mogelijk heeft gemaakt.