Pop-up expositie Huis van Bewaring


Expositie Huis van Bewaring Leeuwarden
Expositie Huis van Bewaring Leeuwarden

Huis van Bewaring Leeuwarden

Expo Huis van Bewaring Leeuwarden

Cellenblok

Het cellenblok A vleugel.  1)

Rond 1889 werd besloten tot het afbreken van verschillende gebouwen op het oostelijk deel van de Bijzondere Strafgevangenis en het bouwen van een Huis van Bewaring met administratiegebouw en cipierswoning en verder toebehoren, benevens het maken van een toegangsbrug tot deze gebouwen over de Keizersgracht.

Een en ander is uitgevoerd om. Naar Frans voorbeeld, scheiding aan te brengen tussen “zware” en “lichte” wetsovertreders: de zware in de Bijzondere Strafgevangenis en de lichte in het Huis van Bewaring. Deze laatsten veroorzaakten minder last en vergden ook minder toezicht. Een tiental bewaarders en wat administratief personeel voldeed.

 

De bouwplannen, zes overzichts- en detailtekeningen, werden gemaakt volgens ontwerp van de architect W.C. Metzelaar (1849-1918). Het bestek van september 1889 vermeldt een raming van een bedrag van iets meer dan 100.000,--  gulden (ca. € 45.500,--) voor de sloop van de bestaande gebouwen en de nieuwbouw van de cellenvleugel, het administratiekantoor en de cipierswoning. De gelden voor de brug over de Keizersgracht kwamen uit een ander potje.

Ook was bepaald dat vóór 1 september 1890 de nieuwe gebouwen geheel onder dak moesten zijn gebracht en dat de oplevering uiterlijk 1 april 1891 zou plaats vinden.

 

De nieuwbouw betrof een gebouw van 45,85 x 14,40 m., bestaande uit drie bouwlagen met een zadeldak. Het kreeg een goothoogte van 9,96 m. en een nokhoogte van 11,76 m en bood plaats aan 76 gevangenen. In de oorspronkelijke opzet waren er zowel individuele- als gezamenlijke cellen. Aan de noordzijde van het gebouw bevonden zich een achttal open, maar wel getraliede, luchtplaatsen.

 

De individuele rechthoekige cel – ca. 4,00 x 2,70 m. – bevatte één raam dat aan de buitenzijde was voorzien van traliewerk en de toegang van de cel bestond uit een dikke houten deur met een kijkgat en een schaftluik. Aan de binnenzijde was de deur bekleed met een stalen plaat. De inrichting was eenvoudig te noemen: een bed, een stoel of kruk, een tafel en een toiletemmer.

 

Het aansluitende administratiegebouw betrof eveneens een nieuwbouw van 12 x 11,20 m. met drie bouwlagen met een zadeldak. Het gebouw kreeg een goothoogte van 10,40 m. en een nokhoogte van 11,30 m. en bevatte een aantal kantoren op de begane grond en op de verdieping, met magazijnen op de zolder.

Het pand werd voorzien van gasverlichting en kreeg, voor de in de late 19e eeuw gebruikelijke loden waterleidingen, echter voorzien van een tinnen binnenvoering.

 

De eveneens aansluitende, uit drie bouwlagen bestaande, cipierswoning ( 7,60 x 11,20 m.) met op de begane grond een vestibule, een kamer-en-suite, een keuken en een schuur. De verdieping bevatte een badkamer (pas later, ten koste van een slaapkamer, ingebouwd) en drie slaapkamers met twee slaapkamers en een grote ruimte op de zolderverdieping. Ook hier was sprake van gasverlichting en loden waterleidingen.

De cipierswoning is heden ten dage sterk verwaarloosd maar nog steeds bewoond!.

 

1) De cellenvleugel A, de huidige cellenvleugel H (genoemd naar het Hostel), werd tijdens de Duitse bezetting (1940-1945) gebruikt om verzetsmensen, hun familieleden en, eind 1944, ook spoorwegpersoneel tijdelijk op te sluiten in afwachting van hun verder berechting; de normale capaciteit van ca. 80 werd regelmatig in ruime mate overschreden, soms werden er wel 300 vastgehouden.

De pop-up expositie is tijdens openingstijden van de H-vleugel zeven dagen per week gratis te bezichtigen. De expositie bestaat uit historische foto's en bouwtekeningen en u kunt ook de geschiedenis lezen van het Huis van Bewaring op het online museum gedeelte van deze website. 


Bouwkundig onderzoek

Dit onderzoekt is een verdieping van de in augustus 2008 door BAAC uitgevoerde bouwhistorische verkenning met waardestelling. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van de Rijksgebouwendienst door Vlaardingerbroek & Wevers gedurende de maanden oktober tot december 2009. Het veldwerk werd verricht door ir. Leo Wevers, ir. Ingrid Maaijwee en ir. Roos van Enter, waarbij de speciale bouw- en interieuronderdelen fotografisch gedocumenteerd werden.